Angèle Backx (89) werd geboren in de Stationsstraat op nummer 149. Ze was enig kind en haar vader was huisschilder, die de gezegende leeftijd van 94 mocht bereiken. Haar moeder werd 99 en geen van beiden was ooit echt ziek geweest.
We speelden op straat
“Als kind speelden we veel op straat”, vertelt Angèle. “Het was natuurlijk veel minder druk dan tegenwoordig. Vroeger kwam er soms een auto langs, nu komt er soms geen auto langs. Om de hoek in de Molenstraat woonden veel kinderen en daar ging ik altijd spelen. Van die kinderspelletjes die je steeds minder lijkt te zien, zoals touwtje springen, hinkelen, tikkertje, verstoppertje…”
Werken in Antwerpen
“Ik ging naar school in de Kloosterstraat, naar Mariaberg en heb daar tot mijn achttiende les gevolgd in het naaien van kleding. Een tante van mijn moeder woonde in Antwerpen waar ze kleding voor mensen naaide en vroeg of ik bij haar kwam werken. Dat heb ik gedaan en kwam elke woensdag en de weekenden naar huis. Bij die tante deed ik ook de boodschappen en repareerde de ‘boeken’, de balg van accordeons. Ik was niet zo graag in Antwerpen en was altijd blij als ik weer thuis in Essen was.”
Voorgoed terug naar Essen
“In Antwerpen leerde ik een man kennen die met me wilde trouwen. Maar vanwege zijn werk hadden we dan in Antwerpen moeten wonen en dat wilde ik niet. Ik ben er dan ook niet aan begonnen, want ik wist bij voorbaat al dat het toch niets zou worden. Na twee jaar ben ik voorgoed teruggegaan naar Essen. Ik ging uit in Agora, vlakbij het station en daar heb ik mijn man, Marcel Vinck, leren kennen. Ik zag hem en vond hem meteen leuk. Hij werkte toen in een garage in Essen en na twee jaar zijn we getrouwd.”
Verhuis naar Horendonk
“De eerste jaren van ons huwelijk hebben we bij mijn ouders gewoond, daar is ook mijn dochter geboren. Mijn vader had een stukje grond in Horendonk dat we mochten hebben en daar hebben we gebouwd, Over d’Aa 92. Mijn dochter ging net als ik naar Mariaberg op school en toen we naar Horendonk verhuisden heeft ze daar haar schooljaar nog afgemaakt. Daarna ging ze naar de katholieke school, want Horendonk is een katholieke parochie. Kerst vierden we altijd gewoon thuis. We zetten wel een boom, maar verder niets bijzonders.”
Ezeltjes in de Donkweg
“De ezeltjes in de Donkweg ging ik vaak wat lekkers brengen en ze kenden me dan ook!”
Dubbele bekkenbreuk
“Mijn man is in 1993 tot mijn grote verdriet overleden. Ik heb gelukkig goede vriendinnen met wie ik veel ondernam en met mijn beste vriendin ging ik veel fietsen en wandelen. In april van dit jaar ben ik gevallen en had een dubbele bekkenbreuk. Ik heb toen in het ziekenhuis in Malle gelegen en in Jan Palfijn. Omdat ik alleen woonde kon ik eigenlijk niet meer terug naar huis, want wat als ik weer zou vallen? Ik had wel zo’n alarm armband, maar na die val dacht ik er helemaal niet aan om op dat knopje te drukken.”
Verhuis naar Sint-Michaël
“In Malle kon ik een mooi appartement huren, al was dat voor de kinderen een beetje ver. Het was allemaal eigenlijk al geregeld, toen ik bericht kreeg dat er plek voor me was in Sint-Michaël en ben ik hier naar toe verhuisd. Echt last van heimwee heb ik niet gehad, omdat ik me besefte dat het niet anders kon. Ik heb het hier heel goed en de verpleging is zo vriendelijk! Ik heb een mooie kamer aan de zonnekant met vrij uitzicht op de bomen en ik zie konijnen en vogeltjes.”
Essen vroeger en nu
Essen is heel druk geworden en er zijn steeds minder winkels. Al die kleine winkels zijn weg en nu zijn het allemaal grote supermarkten. Vroeger had je de kleine winkels vlakbij en hoefde je geen grote verpakkingen te kopen. Mensen hadden doorgaans ook geen auto en deden alles lopend of op de fiets.”
NN