Deze week uitzonderlijk geen Bijzondere hobby van… maar een ontroerend kerstverhaal ingezonden door onze trouwe lezer Joop.
De helverlichte winkels zijn vol. Vol met mensen die hun karretjes vullen in grote haast. Druk, druk, druk. We moeten nog dit en dat en hebben we wel genoeg en zijn we niet iets vergeten?
Zo is het ieder jaar opnieuw tussen de prachtig versierde etalages, sierlijke straatversieringen en mooie verlichting.
Gemma ergert zich er ieder jaar weer opnieuw aan. Moeizaam worstelt ze zich door de mensenmassa heen. Gemma loopt daar niet om te winkelen, ze heeft een heel ander doel, namelijk de zorg voor haar oude buurman Bas.
Hij is ziek en ligt op bed, daarom heeft zij heeft aangeboden voor hem naar de apotheek te gaan om de medicijnen die daar voor hem klaarliggen te halen. Gelukkig is die vanavond tot negen uur open.
Zelf tobt ze ook met haar gezondheid,ze is kortademig en heeft een pijnlijk been. Ouderdom en vochtig weer helpen niet bij allerlei kwaaltjes. Maar zeuren doet ze niet, want ze beseft maar al te goed dat het vergeleken met haar buurman niet zo veel voorstelt.
De arme man ligt daar maar eenzaam op bed, hij heeft nog maar weinig familie en die woont nog in een ander deel van het land ook. Maar tijd of interesse hebben ze niet en kijken daarom niet naar hem om.
Gemma trok zich dat erg aan en daarom zet ze zich zo goed als ze kan in om haar buurman te helpen. Ze heeft zich voorgenomen om dit te doen tot de officiële hulp haar intrede doet, maar alles is nog maar net in gang gezet en zo snel gaat dat nou eenmaal niet. Maar hij is zo onverwachts ziek geworden, van de ene op de andere dag eigenlijk, dat ze hem nu dagelijks bijstaat.
Dus een pannetje soep, extra eten koken en wat bij hem brengen, wat lichte verzorging, een wasje en de strijk. Voor zover haar eigen gezondheid dat toelaat, vindt ze dat vanzelfsprekend. Naastenliefde is voor Gemma een onderdeel van haar karakter, niet iets dat ze zichzelf oplegt.
Ze heeft zelf een goed huwelijk gehad, helaas zonder de kinderzegen. Maar ze hadden het fijn samen en ze hield van haar baan als voedingsassistente in het plaatselijke ziekenhuis. Fijne plannen hadden ze gemaakt voor als ze met pensioen zouden gaan. Ze gingen reizen en in Spanje overwinteren. Maar vlak voor het zover was overleed haar liefste maatje en werd het pensioen heel anders dan ze zich had voorgesteld.
Ze was door een diep dal gegaan. Vrienden hadden haar zoveel mogelijk bijgestaan, maar uiteindelijk is ze er zelf bovenop gekomen. Haar optimistische karakter en doorzettingsvermogen zorgden ervoor dat ze opkrabbelde. Haar interesses in alles en nog wat gaven weer inhoud aan haar bestaan, ondanks de pijnlijke plek van het gemis.
Dood gaan we allemaal en het kan zomaar gebeurd zijn, maar invulling aan je leven geven is een heel ander verhaal. Dat gaat niet vanzelf. Daar moet je wat voor doen en Gemma doet dat.
In de mensenmenigte op straat speelt een draaiorgel tussen de kerstliedjes door een bekend nummer: Heb je even voor mij, maak wat tijd voor me vrij… Zonder dat Frans Bauer zingt vormen haar lippen het bekende refrein. Even glimlacht ze terwijl ze naar de heksenketel van mensen om zich heen kijkt: heb je even voor mij? Het lijkt een boodschap, maar niemand ziet dat in, vervuld als ze zijn van allerlei andere dingen en hun eigen belangrijkheid.
In het licht van een lantaarnpaal zoekt ze vast de huissleutel van de buurman, het is al zo vroeg donker. Gemma opent de deur en roept: ‘Buurman, ik ben er!’ Ze wil niet zomaar binnen stappen en hem laten schrikken. ‘Fijn’, antwoordt hij uit de slaapkamer. Zijn stem klinkt zwak en breekbaar.
Terwijl ze haar jas opendoet en haar sjaal af, vraagt ze: ‘Zal ik nog even lekker thee voor je zetten?’
‘Graag, maar neem je zelf dan ook nog wat?’
‘Dat is goed.’ Ze helpt de buurman wat omhoog en schudt zijn kussen op, zodat hij makkelijker zit en thee kan drinken zonder te morsen. Het is even stil in de kamer tot Bas begint te praten: ‘Gemma, het is bijna Kerst. Het zal mijn laatste zijn.’
Gemma zwijgt, ze weet dat ze niet hoeft aan te komen met: ben je mal of hoe kom je daar nou bij. Dat soort relativerende woorden vindt hij vreselijk. Hij is een realist, zegt zoals het is en verwacht dat ook van een ander.
‘Ik zou het erg fijn vinden, als jij op kerstavond hier een uurtje wilt komen zitten. Het hoeft natuurlijk niet, misschien heb je heel andere plannen.’
Ze hoeft hier eigenlijk niet over na te denken. Zo leuk zijn die gezellige dagen niet in je eentje. Sinds de dood van haar man heeft ze er zelfs een beetje een hekel aan gekregen.
‘Dat is goed, graag eigenlijk. Ik kom gewoon heel de avond en als je het leuk vindt, de kerstdagen ook. We maken er samen een leuke tijd van, lijkt je dat wat?’
Bas gezicht straalt: ‘Ik vind het geweldig. Koop maar wat je nodig vindt of waar je trek in hebt, ik geef je het geld mee.’
Aarzelend streelt ze zijn haar: ‘Nee jongen, we gaan het samen gezellig hebben, dus samen delen we de kosten.’
Zo werd het kerstavond. Met veel moeite is Bas zijn bed uitgekomen en heeft nette kleren aangedaan. In zijn stoel wacht hij op haar komst. Gemma is verbaasd en ook een beetje bezorgd: dit had ze niet verwacht.
‘Dat zal je moeite hebben gekost. Gaat het wel?’
‘Nou ja, het was moeilijk en pijnlijk, maar we vieren de geboorte van Christus. Het minste dat ik daarvoor kan doen is mijn bed uitkomen. Als het niet meer gaat, ga ik wel weer liggen.’
‘Ik vind je erg stoer. Je bent nu vast wel aan koffie toe met een grote punt van mijn zelfgebakken appeltaart. Zo is er geen tweede in de wereld.’
Een Kerstroos en een schaal met waxinelichtjes staan op tafel. De dennengeur van het kerstuk op de schoorsteenmantel vult de kamer.
Samen genieten ze van het samenzijn, de vrede en de rust. Na een poos vraagt Gemma: ‘Wat vind je leuk, zal ik de televisie aandoen of een mooi concert op de radio opzoeken?’
‘Als je me echt blij wilt maken, lees dan uit de bijbel voor. Over de stal in Betlehem en de geboorte van Christus.’
Met heldere stem leest ze de bekende woorden voor. Het oude verhaal dat altijd nieuw zal blijven.
Na een poosje kijkt ze naar haar buurman en ziet dat hij in slaap is gevallen. Een beetje scheef hangt hij in de stoel, een vredige uitdrukking op zijn slapende gezicht. Hoe lang hij heeft geluisterd weet ze niet, maar dat is ook niet belangrijk.
Lang kijkt ze naar hem en denkt: geboorte en wedergeboorte liggen nu wel heel erg dicht bij elkaar.
Een grote dankbaarheid welt in haar op. Dankbaarheid voor de liefde die ze heeft gekend. Dankbaarheid dat ze de laatste Kerst van deze man mag meemaken. Dankbaarheid dat ze ondanks alles de rust en liefde van Kerst mag beleven. Samen met deze bekende en toch onbekende man. Gewoon door elkaar aandacht te geven en tijd voor elkaar te hebben. Hier is geen gejaagdheid, geen onrust en haast. Weer komt het bekende liedje in haar gedachten: Heb je even voor mij, maak wat tijd voor me vrij… Hier valt de betekenis helemaal op zijn plaats.
De dansende vlammetjes op tafel geven alles een vage maar warme gloed. Licht van heden en toekomst. Hemels licht voor iedereen.
Heel fijne kerstdagen allemaal! Joop
Een schitterend Kerstverhaal, een prachtige beschrijving van de veel te weinige Gemma’s in deze aandachtloze wereld. Nochtans is het niet enkel bij de alleenstaande zieke ‘oude’ vrouw of man waar eenzaamheid troef is, wat het dagdagelijks leven bewijst. In deze egoïstische, zichzelf beschermende maatschappij waar menigeen over meer dan 5OO fb vrienden blijkt te beschikken, ‘vrienden’ die elkaar nog nooit gesproken en/of ontmoet hebben, bewijst de eenzaamheid van diegene die dagelijks in gezelschap van zichzelf aan de toog een pint gaat drinken hopende op een aangename babbel van luttele minuten. De ‘Kerstgedachte’ bij velen verschijnt drie dagen voor en verdwijnt drie dagen na om dan de eenzame onverbiddelijk terug te dringen in zijn verdrietige kille eenzaamheid, want de tijd van de alles omarmende en alles verwarmende ‘Kerstgedachte’ is voorbij. De boom, versiering en de lampjes alles netjes in de doos verpakt tot het volgende jaar …..samen met het kerstgevoel. En wat de hoop en toekomst van Gemma betreft, oud, kort van adem en met een pijnlijk been is enkel, ‘heb je even voor mij, maak wat tijd voor me vrij…in het donkerste van mijn verdrietige, kille eenzaamheid.