Mon Roelands - Hobby motorrijden - Owls North Belgium - Essen

De bijzondere hobby van… Mon Roelands!

Mon Roelands (65) ontdekte al heel vroeg de fascinatie voor gemotoriseerde tweewielers en die microbe heeft hem nooit meer verlaten.

Het begon met de oude Puch van mijn nonkel

“Toen ik acht jaar was, stond er bij mijn opa op de boerderij in Wuustwezel een oude bromfiets van mijn nonkel”, vertelt Mon. “Het was een Puch. Samen met mijn neef, die vijf jaar ouder was, heb ik die eruit gehaald en opgepoetst. We dachten: krijgen we die nog aan de praat? want we hadden nergens verstand van. We kwamen er achter dat er geen benzine in zat en zijn die gaan halen. Toen zijn we de brommer gaan aantrappen en keken, zonder gehinderd te worden door enige kennis van zaken, of alles goed doorliep. En zowaar, na een paar uur sloeg de brommer aan. We waren enthousiast en zijn hem gaan uitproberen. Eerst mijn neef en toen ik.”

Soms wel 100 kilometer per uur

“Ik was niet zo groot en moest extra uitkijken, want als ik op het zadel zat kon ik niet meer met mijn voeten aan de grond. Het was geweldig, je kon je verplaatsen zonder dat het moeite kostte! We hebben er veel mee gereden en gecrost, rond de boerderij en in het bos. Daarmee was de fascinatie voor de techniek geboren. Ondertussen ging de maatschappij over van brommers op auto’s en veel brommers werden afgedankt. Dus wij kochten er elke keer eentje voor 50 of 100 frank. Zo kwamen we van lieverlee uit bij brommers die sportiever waren en soms wel honderd kilometer per uur reden! In België hadden ze de afstelwet niet, zoals in Nederland. We vielen wel eens, maar nooit met serieuze gevolgen.”

Mon Roelands - Hobby motorrijden - Owls North Belgium - Essen - 15 juli 2005 (13)

Eindelijk 16!

“We reden in hoofdzaak in de omgeving tot ik zestien werd en met de brommer mocht rijden. Samen met vrienden, die ook technische interesses hadden, gingen we naar feestelijkheden en kermissen. Ik kocht een boekje om me te verdiepen in de techniek. Eerst was de werking van een bromfiets nog een redelijk mysterie voor me en dat boekje gaf veel inzicht. We kwamen er ook achter dat motorfietsen eigenlijk volgens hetzelfde principe werken.”

Mijn eerste motorfiets

“Op mijn zeventiende kocht ik mijn eerste motorfiets, een Sachs 125, waar ik nog niet op mocht rijden. Ik nam die voor weinig over van iemand die een auto gekocht had. Ik mocht er nog niet op rijden, maar dat deed ik natuurlijk wel. Samen met mijn maten die er ook een hadden gekocht. Zo’n motor is breder en zwaarder en we kantelden er wel eens mee. Op mijn achttiende heb ik mijn voorlopig rijbewijs gehaald, een leervergunning. Na een jaar zonder ongelukken of overtredingen werd dat omgezet naar een definitief rijbewijs voor auto en motor.”

Tankchauffeur

“Toen ik in dienst ging, werd ik tankchauffeur vanwege mijn technische achtergrond die ik zo door de jaren heen had opgedaan. Je mocht voor die functie ook niet groter zijn dan 1.70m, omdat je anders het chauffeursluik niet kon sluiten. Dus ik had mijn lengte en mijn kennis mee. Om als jonge man met zo’n ding te rijden is gewoon een natte droom. Het waren natuurlijk geen cowboyritten, want je hebt ook nog acht mensen bij je. Na mijn legerdienst reed ik in een kever, maar de motormicrobe is nooit weggeweest.”

Met de Norton Commando 850 naar Parijs

“Op mijn twintigste kocht ik mijn eerste echte motorfiets, een Norton 850cc. Dat was een beest vergeleken bij mijn Sachs. Een maat had een BMW 900, ook een beest. Alle keren dat het mooi weer was, stapten we op de motor en reden we naar de Ardennen. De meeste van onze maten gingen voetballen, maar wij reden bijvoorbeeld naar Parijs. Dan vertrokken we om 05:00, deden daar een rondje rond de Eiffeltoren, aten wat en gingen weer naar huis. Er was toen nog weinig verkeer, dus we konden met 150 km per uur heen en terug rijden.”

Nozems

“Het motorrijden werd zo mijn grote hobby. In ons verlof pakten we een tentje en een slaapzak en gingen, onder andere, naar Spanje. We waren hierdoor in het dorp buitenbeentjes en vooral de ouderen hadden er geen goed oog in. Die vonden ons maar raar, een stelletje nozems. Wij waren de eersten die een motor hadden voor ons plezier, in plaats van mee naar het werk te gaan. Toen Norton failliet ging en ik geen onderdelen meer kon kopen, heb ik ook een BMW gekocht, een 1000 RS. Prachtig ding waar ik meer dan 200.000 kilometer mee heb gereden. In 2004 heb ik een Honda Shadow gekocht en daar rij ik nu nog steeds mee.”

Met de motor op huwelijksreis

“Toen ik mijn vrouw leerde kennen gingen we samen naar motorraces en met de motor op reis. Die liefde voor motorfietsen heeft ze van mij overgenomen. We zijn zelfs met de motor op huwelijksreis naar Zwitserland geweest. En een slecht weer onderweg! We zijn druipend aangekomen. Na vier jaar werd ons eerste kind geboren. Toen heb ik een zijspan gekocht en aan de motor gemonteerd. We kregen nog twee kinderen, die om de beurt mee met pappa meegingen om een toerke te doen. Omdat ik die zijspan had, en die waren tamelijk zeldzaam, kwam het verzoek eind jaren ’80 om met mindervaliden een dagtrip te maken.”

Mon Roelands - Owls North Belgium - Zandbergrun Wuustwezel mei 2011

Dagtrips met mindervaliden

“Dat verzoek kwam van de oude Jan Meeusen, de grootvader van Tom Meeusen. Jan reed ook met zijspan en maakte me enthousiast voor het idee. De eerste rit was in Gits, in West-Vlaanderen, dat is een groot evenement voor motorrijders die met minder validen gaan rijden. Ik leerde daar veel mensen uit de diverse landen kennen. Daardoor werd ik ook in Nederland en Duitsland gevraagd om elk jaar die ritten te maken. Dat heb ik jaren gedaan, nu doe ik alleen maar die van Wuustwezel, omdat ik geen zijspan meer heb. Degene die daar met mij meerijdt, is capabel om bij mij achterop te zitten. Deze Zandbergrun van Wuustwezel doe ik nu al 32 jaar en ik ben de enige die ze allemaal heeft meegereden.”

Mon Roelands - Hobby motorrijden - Owls North Belgium - Essen

Owls North Belgium
“In de tussentijd hebben we in 2001 met acht mensen ‘Owls North Belgium’ opgericht en een Essense motorclub gevormd. We hadden ooit honderd leden, nu zestien. Veel leden hielden er mee op, omdat ze ouder werden en nog maar weinig met de motor reden. We hebben veel treffens gehouden en zijn op veel treffens van andere clubs geweest, in België, Nederland, Duitsland en Luxemburg. We zouden dit jaar naar Boels Place in Duitsland zijn gegaan, maar door het corona-virus ging dat niet door. Net als andere treffens die zijn afgelast. We zijn een paar keer naar Faro in Portugal geweest, naar het grootste motortreffen in Europa. Daar komen zo’n 50.000 motorrijders op af. Ik ben geen fan van mega evenementen, maar dat moet je toch wel meegemaakt hebben.”

“Ik ben geen fan van mega evenementen, maar het motortreffen in Faro, Portugal moet je toch wel meegemaakt hebben!”

Mon Roelands

De motormicrobe is er voor altijd

“Tegenwoordig trekken mijn vrouw en ik er vaker met de camper op uit, dan kunnen de honden ook mee. Het motorrijden zal allengs minder worden, maar nooit overgaan. Misschien koop ik ooit nog een zijspan om met de kleinkinderen te gaan rijden. Het wordt misschien minder, maar de motormicrobe gaat er nooit meer uit!”

NN

Hebt u ook zo’n bijzondere hobby waar u graag eens over wilt vertellen? Neem dan contact met ons op via de contactpagina en we nemen u graag een interview af. Het is niet noodzakelijk dat u in Essen of omgeving woont.

Facebook262
Twitter
Follow Me
Tweet