Winkelen in Belgie - Draag een mondmasker!

Nederlandse terminologie en mondmaskers

De afgelopen vier weken ging Nederland in strenge lockdown en buiten de essentiële winkels moest alles sluiten. Dit ter voorkoming van verspreiding van de nu zo veelbesproken omikronvariant. Dit soort besluiten doen me altijd fronsen, want als mensen niet op café kunnen of uit eten, dan gaan ze toch bij elkaar op bezoek? Maar goed, dit terzijde.

Ze werden weer eens in een gevangenis gezet, maar de celdeur stond wijd open, naar Duitsland en België om te beginnen. “Ja, jullie zitten nu wel opgesloten, maar we verwachten wel dat jullie braaf in je hokje blijven zitten!” Dan sta je, in mijn optiek, wel heel erg ver van de bevolking af. Dagelijks lazen we over de files van auto’s met gele kentekenplaten in Antwerpen, bij de grens en overvolle treinen. De media schotelden ons zelfs voor hoeveel Nederlanders er die dag weer de grens over waren gestoken. Een nieuwsfeit dat totaal onbelangrijk is, hoogstens om voor wijzende vingers te zorgen: “Kijk diejen Oollanders weer eens!” Daarmee totaal voorbij gaand aan het feit dat toen de situatie omgekeerd was, er ook gretig naar Nederland werd gereisd. En nog, want volksstammen Belgen doen wekelijks hun boodschappen over de grens. Nadat de grenzen weer open waren, werd ons op het hart gedrukt ‘onze lokale ondernemers te steunen’. En ook volksstammen Belgen zeiden: “Dikke vinger, ik blijf niet die achterlijk hoge prijzen betalen voor mijn dagelijkse boodschappen als ze over de grens stukken goedkoper zijn!” Oftewel: een doodgewone wisselwerking en zo hoort het ook.

Tussen Kerst en Oudjaar zijn veel mensen vrij, ook in Nederland en wat deden die met hun niet uitgegeven euro’s? Juist, die kwamen ze hier uitgeven of in Duitsland. Gezien de ellende van de afgelopen twee jaar, met vaak onzinnige beperkingen, waren dit zeer gewaardeerde inkomsten. Handenwrijvend van blijdschap werden de Nederlanders ontvangen, heel logisch natuurlijk. Maar wat wel opvallend is, is de verzuchting van heel wat ondernemers hier en in Duitsland: “Mondmasker is verplicht bij boodschappen doen, zet die dan ook op!” Want heel wat Nederlanders vertikken dit, met armoedige smoesjes als: “Dan heb ik het zo benauwd.” Ja, wat raar nu. Geldt voor iedereen, is niet beperkt tot Nederland, vrijwel iedereen haat die dingen intens. Er wordt in Nederland ook doorgaans niets van gezegd. Vorige week moest ik zelf even wat boodschappen doen, ik was in Roosendaal, en rende een supermarkt binnen. Zo eentje die naar een olifant is genoemd… Boodschappen doen brengt niet mijn schoonste karaktertrekken bij me naar boven, dus het moest snel gaan. Ik ben hoogstens twaalf minuten binnen geweest, maar het viel me op dat er zoveel mensen ‘naakt’ bijliepen, zonder mondmasker dus. Verbluft ben ik er op gaan letten en in die twaalf minuten heb ik er, let op, 39 geteld. 39 mensen zonder, of onder hun neus of kin, zelfs personeel.

Nu zijn er in Nederland twee termen die als nationaal goed worden beschouwd, a) moekunnenoor en b) bepaalikzellufwel. Goed, terug naar Duitsland en Nederland en de weigering het mondmasker te dragen, want: bepaalikzellufwel, gemaskeerd door: “Krijg ik het benauwd van.” In Essen zijn er zelfs borden bij een paar grensovergangen aangebracht, dat een mondmasker dragen hier verplicht is en dat je met maximaal twee mag winkelen. Kennelijk zijn er nogal wat noorderburen die België en Duitsland als verlenging van hun eigen land zien. En weet je wie zich hier het meeste aan irriteren? De Nederlanders die hier wonen en zich doodschamen voor dit gedrag, omdat zij er ook op aangekeken worden. Nu zijn de maatregelen in Nederland wat versoepeld, maar de horeca is nog steeds dicht. Dus nu komen ze nog steeds naar Antwerpen en andere Belgische gemeenten, want wat is gezelliger dan tijdens of na het shoppen even ergens wat te gaan drinken of eten? Ze zijn welkom, want ook zij zoeken gewoon gezelligheid, maar hun nationale goed mogen ze thuislaten. Ga je naar een ander land, pas je dan aan. Dan is het aflaten van je mondmasker of een slipje onder je kin (echt waar) niet iets wat ‘moekunnenoor’, iets waarvan je zegt ‘bepaalikzellufwel’. Het is hier verplicht. Vind het belachelijk, roep dat de mondmaskers toch niks tegenhouden, dat het allemaal niet helpt, prima. Maar zet het toch maar op. Die twee termen zijn nationaal goed en provoceren een volkstraditie. In Nederland, niet hier.

NN

Facebook43
Twitter
Follow Me
Tweet