Een zoethoutmolenaar is de eigenaar van een zoethoutmolen, waar de wortels van bepaalde heestersoorten tot poeder vermalen worden voor het maken van medicinale dranken.
Geneeskrachtige eigenschappen
Zoethout zijn de stukjes van de wortelstok van de zoethoutwortel, die de sterke zoetstof glycyrrizinezuur bevat. Decennia geleden werden zoethoutstokjes verkocht als een populair snoepje. Glycyrrizinezuur wordt ook verwerkt in drop. Het meest interessant zijn de geneeskrachtige eigenschappen van de wortelstok. Zoethout heeft een heilzame werking op de luchtwegen.
Drop
In Europa werd zoethout vanaf de vijftiende eeuw algemeen bekend, hoewel daarvoor reeds grote namen zich lovend uitlieten over zijn geneeskracht, vooral voor de maag en de luchtwegen. Monniken van de Dominicaner orde maakten hoestkoekjes op basis van het sap. In 1731 slaagde de Italiaan Giorgio Amarelli erin om het sap uit de zoethoutwortel tot drop te verwerken. De basis was gelegd voor de alom bekende snoepjes. Al meteen werd de nadruk gelegd op de verzachtende werking bij hoest en verkoudheid.
Thee
Van zoethout wordt ook thee gemaakt. De helende kracht van zoethout is al eeuwen bekend. In de middeleeuwen was het gebruik van zoethout ook in Europa bekend. Het werd geplant in de tuinen van kloosters, waar de monniken er zoethout sap van maakten, een voorloper van de hoestdrank.
Paul Witters
Foto: Pixabay