Sammie, ons stinkpoesje

Sammie, ons heksje

Je hebt van die dagen, dan kun je geen stap buiten de deur zetten zonder dat er wat gebeurt. Neem nou die ene ochtend, alweer een aantal jaren geleden: we gingen boodschappen doen. Ik had lekker lange lijsten met veel zware dingen, want manlief ging mee en mocht sjouwen. Twee stappen buiten de deur en ik werd getackeld door de schuinoverbuurvrouw, die met een frutseltje op de arm kwam aanzetten. Dat frutseltje bleek een heel jong zwart-wit poesje, dat de avond ervoor ook al bij hun voor de deur had gezeten en even was binnen geweest. Toen ze gingen slapen hebben ze haar buitengezet, want wie weet waar ze woonde en liep er iemand naar haar te zoeken.

De volgende ochtend zat ze er nog steeds, onder de auto. Koud, bibberend en zielig, het was de eerste, echt koude nacht van het jaar. In eerste instantie wilde schuinoverbuurvrouw het sukkeltje naar het asiel brengen, maar toen kwam ik in het vizier, dus wat gebeurde er toen? Dat ja… Dus hadden we tot grote woede van Billy, Moppie en Gijsje er ineens een nieuw familielid bij. Aan de gore kleur van de delen witte vacht was te zien dat ze al een paar dagen op straat leefde, ze liep mank en op haar zijtje was het haar heel kort, alsof het over een schaafwond heen was gegroeid. Wat ook zo bleek te zijn, vertelde de dierenarts later. Dus de enige conclusie die je dan eigenlijk kunt trekken, is dat ze als baby van negen weken oud, uit de auto is gesmeten.
Ze was duidelijk geen wilde kat, herkende perfect het geluid van eten in bakjes, sliep op bed en kende het gebruik van een kattenbak. Van het gegrom en geblaas van haar nieuwe familie was ze niet onder de indruk en gaf gewoon een grote mond terug. Ze belaagde ze als ze zaten te eten en eten bleek haar favoriete bezigheid te zijn. Ze had dus duidelijk behoorlijk honger geleden. We gingen opletten of er iemand een klein stinkpoesje kwijt was, maar anders was dit onze nieuwe, niet geplande aanwinst.
Het bleek al gauw dat onze Sammie, zoals we haar hadden genoemd, een vreetbaal eerste klas was. Toen we ons na het biljarten met allerlei snackies op de bank installeerden, was het een constant gevecht om haar van de tafel weg te houden. Op allerlei manieren besloop ze het lekkers en één keer was ze zo snel dat ze, toen we haar weggristen, al een gehaktballetje tussen haar kaakjes had en je had een krik nodig om die van elkaar te krijgen.
Ze was een echt schootkatje en lag bijna heel de avond haar eetroes uit te slapen op manliefs schoot. Gezamenlijk eten met haar ooms was wel een probleem. Vooral Billy en Moppie waren woedend en lieten dat luidkeels weten. Gijsje blies hevig, maar niet zo fel als de andere twee en ik zag ze al gauw een paar keer neus aan neus staan zonder gemep of gescheld. Ik denk dat hij stiekem instant verliefd op haar was geworden. Wel benadrukte hij zijn aanwezigheid door die nacht op een paar plekken te sproeien. Om te wennen lieten we kamer-, keuken- en slaapkamerdeur open en Sammie lag heel de nacht op bed. Moppie kwam er na een poos ook bij en ging vlak bij mijn hoofd liggen, zodat ik zijn gesnauw vooral goed kon horen als hij zijn mening weer eens verkondigde. Sammie bleek ook behoorlijk geconstipeerd te zijn. Haar buikje was bol en ze ruftte als geen ander, met een lucht waar wij met z’n allen nog niet tegenop konden, maar een hoop in de bak leggen gebeurde niet. De hemel weet waar ze zich die laatste tijd mee heeft moeten voeden.

De volgende ochtend begon ik met haar eerst wat brokjes te geven en nog geen natvoer. Dit om haar ergste honger te stillen, want ze werd helemaal wild als ze haar natvoer kreeg. Ze slokte dat naar binnen en dook dan zo Gijsje’s bakje in, die verbijsterd terugdeinsde en alleen met grof geweld en harde woorden kregen we haar daar vandaan. Billy en Moppie vertikten het principieel om met die kleine aso aan tafel te gaan. Ik denk dat ze bij het kattencafé aan de overkant hebben zitten te roddelen wat een stom grietje die Sammie was en wat een belachelijk jasje ze aanhad en hoe stom ze uit haar ogen keek. Dat ze vast op straat was gesmeten, omdat ze gewoon een achterlijk pestgrietje was en de bedienden waren ook niet meer zoals het hoorde. Die haalden ook maar van alles in huis en verwachtten dat je dan je onderkomen daarmee deelde. Vervolgens spraken ze af om die kleine nog eens goed te raken als ze weer thuis waren en de bediendes konden naar hun opslag fluiten.
We zijn nu elf jaar verder, van haar ooms is alleen Billy nog over die veel van haar houdt. Ze heeft een nieuwe, oude tante Aagje en een jong neefje Thijs. Ze stapt op haar mollige beentjes rond, tiranniseert de katers in de buurt en als ze de kans krijgt, mept ze Thijsje op zijn lieve gezichtje. Zij is de baas. Ze is een echte vrouw, een heks dus… De mannen hier in huis zien dat niet, die aanbidden haar. Ik zie haar streken wel, want ik ben ook een heks en heksen houden heel veel van elkaar…

NN

Facebook70
Twitter
Follow Me
Tweet