In de gemeente Roosendaal zijn vergevorderde plannen om in de wijk Westrand een mestfabriek te bouwen. In de buurt van een industriegebied wonen brengt altijd bepaalde risico’s met zich mee. Is het dan vanzelfsprekend dat de gemeente die risico’s zomaar gaat uitbreiden?
Mestfabriek aan de rand van woonwijk als oplossing voor mestoverschot
Landbouworganisatie ZLTO en afvalverbrander SUEZ willen aan de Potendreef in Roosendaal, tegenover de verbrandingsinstallatie, een mestfabriek bouwen
Volgens de werkgroep Biomineralen wordt de mestfabriek “de kennelijke oplossing voor het gigantische mestoverschot van Oost Brabant”. Iedereen in een straal van twee kilometer zal stankhinder ondervinden, wat op zich al schadelijk is voor de gezondheid. Binnen die straal van twee kilometer is een woonwijk met 7.000 bewoners plus dat er nog een nieuwe woonwijk gebouwd wordt.
Meer varkens dan inwoners
In het oostelijk deel van Noord-Brabant wonen zo’n 5.800.000 varkens, dat is drie keer zoveel als dat er mensen wonen. Al die varkens produceren een enorme berg mest, waar behoorlijk voor betaald moet worden om er vanaf te komen. Maar met de komst van deze mestfabriek kunnen de varkensboeren voor een lager tarief van hun mest af komen. De fabriek zal per jaar 150.000 ton voorgedroogde mest (drijfmest) gaan verwerken. Dat komt neer op 3.000 ton per week.
Al deze mest wordt met hete lucht afkomstig van de verbrandingsinstallatie gedroogd op transportbanden. De warme, gebruikte lucht wordt daarna afgevoerd door vier schoorstenen, die om te beginnen 35 meter hoog zouden worden, wat veel te laag is voor deze uitstoot van 700 kubieke meter per uur. De werkgroep Biomineralen heeft dit al kunnen wijzigen naar 40 meter.
Filters houden niet alle bacteriën tegen
Will Vermeulen, voorzitter van de werkgroep, benadrukt andere gevaren: “Natuurlijk zitten er filters in deze schoorstenen, maar de lucht die er uiteindelijk uitkomt is nog steeds zo’n 28 graden. Een ideale omgevingstemperatuur voor allerlei bacteriën. Hoe goed de filters ook zijn, er zullen toch altijd nog wel bacteriën, virussen, ammoniak en zonöozen meekomen (ziektes die door dieren op mensen worden overgebracht)”.
Bulkwagens met mest door de wijk
“De hoeveelheid mest die verwerkt moet worden, komt neer op twintig bulkwagens per dag,” voegt Frans Konings, lid werkgroep Biomineralen toe. “Het is niet onwaarschijnlijk, dat al deze wagens met hun kwalijke inhoud en stank gewoon door de wijken zullen rijden. Want als ze de snelweg zouden volgen, rijden ze een heel eind om en dus zullen ze liever de kortste route nemen.”
Prototype zonder regelgeving
Een ander opvallend gegeven is dat deze fabriek een prototype zal zijn. Er is namelijk nog niet eerder een mestfabriek van deze grootte gebouwd. Het concept van de fabriek op deze schaal en op deze manier is alleen met fabrieken op kleinere schaal uitgeprobeerd. Saillant detail is dat de meeste hiervan zijn afgebrand. Brand is namelijk een veel voorkomend probleem bij het drogen van mest. Voor dit nieuw te bouwen mestbedrijf zijn de gegevens van kleinere fabrieken gebruikt, wat voor deze grootschaligheid geen harde cijfers zijn. Ook zijn er in de hele procedure meerdere geurrapporten uitgebracht, die allemaal een verschillende uitkomst bleken te hebben. De resultaten werden in drie verschillende rapporten voor de mestfabriek steeds gunstiger. Het derde rapport echter, zo bleek uit door het bureau Witteveen–Bos in opdracht van een particuliere bewoner van Roosendaal gemaakte tegenrapport, in ‘werkelijkheid’ zou een viervoud aan geur uit worden gestoten dan in het rapport zelf was berekend. Dus nu moet er misschien weer een vijfde rapport verschijnen. Dan rijst de vraag: hoeveel rapporten zijn er nodig om de mestfabriek te realiseren binnen de zogenaamde regelgevingen en afwijkingen daarvan?
Wonen in de Westrand “veel te infectueus”
De GGD verwacht op basis van diezelfde berekeningen, dus niet op basis van actuele cijfers, dat het allemaal wel mee zal vallen. Waar ligt dan de verantwoordelijkheid van de GGD? Want de impact van de vervuiling op de gezondheid van de mensen wordt dus kennelijk niet ingeschat. “Dat is niet slim,” zegt Frans Konings, “want het vrachtwagenvervoer is vergelijkbaar met een open riool. Bij de fabriek komt een ontsmettingsboog, maar voor het rijden door de wijken is dat kennelijk niet nodig. Natuurlijk kunnen ze stellen: de bulkwagens zijn luchtdicht en dus niet gevaarlijk voor de mensen, wat is dan de toegevoegde waarde van die ontsmettingsboog?”
Een voormalig arts van de GGD werd op twitter de vraag gesteld of hij naast zo’n fabriek zou willen wonen. Zijn reactie was duidelijk en direct: “Nee, veel te infectueus.”
Toestemming om te experimenteren zonder sancties
Het fijnstof dat vrij zal komen, heeft voor wat betreft neerslag een actieradius van een kilometer. Hoe groot het stoffilter gaat worden, valt nog te bezien. “Bovendien wordt de fabriek toegestaan te experimenteren,” legt Will Vermeulen uit, “dus als bij monitoring na langere periode blijkt dat ze al die tijd niet aan de normen hebben voldaan, mogen ze gaan experimenteren tot dit wel lukt. Ongetwijfeld zonder tijdslimiet en ten koste van de bevolking. In de ontwerpvergadering zijn geen handhaving en sancties vastgelegd. De gemeente verzuimt deze te benoemen, ondanks nadrukkelijke vraag van de werkgroep.” Bij navraag door de werkgroep bleek dat de mestfabriek welkom zou zijn op het industrieterrein van Moerdijk. “Kennelijk heeft de gemeente Roosendaal teveel belangen bij het doorzetten van deze mestfabriek om hier op in te gaan.”
Procedurefouten
De gemeente heeft één keer een onderhoud met de werkgroep Biomineralen gehad en zou deze op de hoogte houden, wat nooit is gebeurd. Ook ontdekte de werkgroep dat er veel procedurefouten zijn gemaakt. Ze hebben maar liefst vijfentwintig officiële documenten met klachten, opmerkingen en vragen naar Burgemeester en Wethouders gestuurd, waar amper tot geen reactie op is gekomen.
Nieuwe woonwijk
De presentatieplannen van de Nederlandse Bouwunie, een projectontwikkelaar die nieuwe woningen op een afstand van nog geen kilometer van de toekomstige mestfabriek bouwt, zijn prachtig. Maar er wordt in de aankondiging met geen woord over de te bouwen mestfabriek gerept.
Frans Konings van de werkgroep Biomineralen antwoordt: “Van het bestuursorgaan van de gemeente woont kennelijk niemand in de neerslagzone, maar ze werken er wel, want het gemeentehuis staat in die zone. Op termijn, zoals in de zomer, zullen ze van de stankoverlast kunnen meegenieten en dat is dan nog alleen maar tijdens kantooruren. Maar huidige en nieuwe bewoners van de Westrand zullen hier zeven dagen in de week, vierentwintig uur per dag van mogen ‘genieten’. “
Vragen aan de gemeente
Daarop stelde Noordernieuws de gemeente Roosendaal een aantal vragen. Hoe zit het bijvoorbeeld bij een eventuele uitbreiding van de fabriek? Want wie weet wat voor gevolgen dat voor de verdere grensstreek heeft, waaronder Essen.
Interessant is ook om te weten hoe het kan dat een zo groot bedrijf vergunning is verleend op basis van twee velletjes en twee kladtekeningetjes? De stankradius is zeker twee kilometer, de Westrand ligt binnen een paar honderd meter van de te bouwen fabriek. En er komt een nieuwe woonwijk, maar in de mooie presentatie van de Nederlandse Bouw Unie wordt met geen woord gerept over deze fabriek. Ondanks dat die gebouwd gaat worden op zo’n 800 meter daar vandaan. Dan het feit dat deze fabriek een prototype wordt, gebaseerd op kleinere fabrieken, waarvan de meeste zijn afgebrand. Welke garanties zijn er dat het nu ineens wel veilig is? En als hij in de brand gaat, wat zijn dan de gevolgen voor de volksgezondheid in brede kring?
Antwoorden van de gemeente Roosendaal en de Provincie
Bovengenoemde vragen zijn er slechts een paar van de hele lijst die de redactie de gemeente heeft voorgelegd. Er kwam een ontwijkend, politiek correct antwoord, waarin geen concrete antwoorden worden gegeven, alleen hoe één en ander tot stand is gekomen:
“We kennen en begrijpen de gevoelens die er leven rond de vergunning aanvraag voor de vestiging bio-mineralenfabriek in het buitengebied van Roosendaal.
Het is dit kader goed om te weten dat in juni 2015 het bestemmingsplan door de gemeenteraad van Roosendaal unaniem is vastgesteld. Dit unanieme besluit maakt de vergunningaanvraag voor een bio-mineralenfabriek, zoals die er nu ligt, mogelijk. Vervolgens werden de omgevingsvergunning ‘Milieu’ en de omgevingsvergunning ‘Bouw’ gefaseerd ingediend door de aanvrager.
Bij de behandeling van de omgevingsvergunning ‘Milieu’ verzocht de gemeenteraad van Roosendaal het college van burgemeester en wethouders om een GGD advies en een zogenaamde Milieu Effect Rapportage te laten opstellen. Dit is gebeurd en deze beide rapportages zijn klaar. Het ontwerpbesluit ‘Bouw’ heeft recent ter inzage gelegen, waarop een ieder zijn/haar zienswijze kan inleveren. Deze termijn is op dit moment nog niet gesloten en eindigt op 3 februari a.s. Naar verwachting volgt daarna een hoorzitting, waarbij de ingediende zienswijzen mondeling kunnen worden toegelicht. Pas daarna volgt besluitvorming.”
De redactie wendde zich hierop naar de Provincie, die met een vergelijkend antwoord kwam:
“Van belang is, dat de gemeente Roosendaal qua vergunningverlening, toezicht en handhaving het bevoegd gezag is; niet de provincie Noord-Brabant.
De provincie (Gedeputeerde Staten) heeft op 23 november 2015 bekend gemaakt dat uit monitoring gebleken is dat er voldoende mestverwerkingscapaciteit is vergund om te kunnen voldoen aan de wettelijke verplichting tot verwerking van het mestoverschot in Brabant. Dit betekent dat gelet op het gestelde in de Verordening ruimte 2014 geen planologische medewerking meer kan worden verleend aan vestiging, uitbreiding of toename van de bebouwingsoppervlakte van mestbewerking voor derden. Maar gelet op toepassing van het rechtszekerheidsbeginsel willen GS voor concrete initiatieven die aantoonbaar voldoen aan de overige voorwaarden voor mestbewerking uit de Verordening ruimte 2014, planologische medewerking overwegen. Het initiatief in Roosendaal voldoet aan deze criteria.”
De woordvoerder van de Nederlandse Bouw Unie verwijst ook naar Roosendaal, net als de Provincie, maar de gemeente Roosendaal blijft de grote onzichtbare. Zonder openheid van bestuurders kunnen we niet anders dan kritisch zijn. Niet ondenkbaar zou één van de gevolgen van deze mestfabriek kunnen zijn dat varkensboeren, die nu hun mest aan voordeliger tarieven kwijt kunnen, nog meer varkens gaan aankopen. Wat voor nog meer aanvoer en uitstoot zorgt, met de bijbehorende stankoverlast.
Het ontwerpbesluit “Bouw” ligt ter inzage tot 3 februari a.s.
LW