Elk jaar rond deze tijd is het zover: dan zorgen de brandharen van de eikenprocessierupsen voor jeuk en last aan ogen en luchtwegen. Door het grote aantal rupsen dit jaar en de vele recreanten in de natuur, vreest provincie Antwerpen voor grote overlast. De ondersteuning aan gemeenten werd gevoelig uitgebreid en we volgen de situatie op de voet, samen met de brandweer en civiele bescherming.
Jan De Haes, gedeputeerde voor Milieu en Natuur: “Door de coronacrisis zoeken meer burgers hun toevlucht tot natuur in hun buurt. Een mooie evolutie, maar tel daarbij een piek in het aantal eikenprocessierupsen en we komen uit op heel wat mogelijke overlast. We volgen de verspreiding en de ontwikkeling van de rupsen op het terrein en staan in contact met de gemeenten, civiele bescherming en brandweer. Zo kunnen we snel reageren wanneer gemeenten en aannemers de overlast niet meer de baas kunnen. Eerder dit voorjaar breidden we ook de ondersteuning aan de gemeenten op ons grondgebied gevoelig uit.”
Provinciaal experte Kathleen Verstraete bevestigt: “De rupsen zijn al talrijk aanwezig, maar veroorzaken nu nog geen overlast. Pas vanaf volgende week zullen we jeuk en mogelijk irritatie aan ogen en luchtwegen ondervinden. In enkele gemeenten werd op publieke plaatsen proactief gespoten met biociden, in een volgende fase kunnen de rupsen weggezogen worden met speciale stofzuigers. Infoborden en linten rond besmette bomen geven aan waar de rupsen zitten, we raden mensen aan om uit de buurt te blijven van deze locaties. Bij vragen kunnen mensen de veelgestelde vragen raadplegen op www.info-eikenprocessierups.be.”
Kevers en mezen spelen hoofdrol in biologisch beheer
De provincie streeft naar de meest ecologische vorm van beheer, waarbij de (gezondheids)impact tot een minimum beperkt wordt en de biodiversiteit behouden blijft. “De eikenprocessierups is een inheemse soort, het is dus zeker niet de bedoeling om de rups uit te roeien. We willen de rupsen vooral beheren op plaatsen waar ze overlast veroorzaken voor burgers”, legt Kathleen Verstraete uit. “Daarom zetten we in op natuurlijke beheertechnieken en starten we een proefproject om de natuurlijke vijanden van de eikenprocessierupsen in te schakelen. Zo bestaat er een kever die de poppen van de rupsen eet, en ook mezen vinden de jonge rupsen een lekkernij. Sommige sluipwespen en sluipvliegen hebben de rupsennesten nodig om zich voor te planten. Hun eitjes komen tot ontwikkeling in de eikenprocessierups. Op verschillende testlocaties in Vlaanderen zal de omgeving aantrekkelijk gemaakt worden voor deze vijanden.”
Bron en foto: Provincie Antwerpen