Ilse Peeters - Klinisch Psychologe - Gezins- en Relatietherapeute

Trots op haar beroep. Ilse Peeters vertelt!

Veel mensen zitten thuis met stress-gerelateerde klachten. Zij kunnen omwille van hun mentaal welzijn en/of psychosomatische klachten niet werken. Als klinisch psycholoog en relatie- en gezinstherapeut lever je dan een belangrijke maatschappelijke bijdrage. Ilse Peeters (44) is oprecht geïnteresseerd in mensen, wat een ideaal uitgangspunt is voor haar beroep.

Oprecht geïnteresseerd in mensen

“Het klinkt cliché, maar ik heb altijd al graag met mensen willen werken”, legt Ilse uit. “Ik vind het fijn om te luisteren naar hun verhalen en als psycholoog moet je oprecht geïnteresseerd in mensen en nieuwsgierig zijn. En ik vind dat ik dat ben. In het begin twijfelde ik nog of ik kinesist zou worden, omdat je daar ook problemen aanpakt, maar de psychologie heeft gewonnen. Met een cliënt een probleem bespreken, er voor iemand zijn en dat iemand gehoord wordt, dat zijn heel belangrijke dingen. Dat ze zonder remmingen hun probleem of problemen op tafel kunnen leggen. Omdat ik niet tot hun directe omgeving behoor, is de grens lager om dat te doen. Er is niet altijd een oplossing, maar je kunt samen naar een manier zoeken om op een andere manier naar problemen of vraagstukken te kijken.”

Een therapie opleiding is een ‘must’

“De opleiding Psychologie duurde vijf jaar en daarna deed ik vier jaar de opleiding Relatie- gezinstherapie, ook wel Systeemtherapie genoemd. Om te beginnen werkte ik als psycholoog op diverse plekken en heb sinds 2013 mijn eigen praktijk. En dan is het bijna een ‘must’ om een therapie opleiding te doen. Iets dat ik zelf een onvermijdelijke aanvulling vind als je je eigen praktijk hebt. Je leert op elk woord te letten, de invloed van ouders en kinderen. We letten op lichaamstaal, oogcontact is heel belangrijk, of iemand zich op zijn gemak voelt of juist in zichzelf opsluit door, bijvoorbeeld, de armen voor de borst te kruisen. Lichaamstaal kan woorden tegenspreken, maar net zo goed ondersteunen.

Verhalen zijn hier veilig

“Ze kunnen hun verhaal zonder schaamte vertellen, want hier is het veilig, ze worden er niet op afgerekend. Bij een groot verlies of traumatische ervaring, kijken we tevens naar de context. Dus waar iemand troost in de eigen omgeving kan vinden. Met kinderen teken of knutsel ik en soms maak ik een dansje met ze, want daar kunnen ze hun verhaal beter in kwijt. Het doet me deugd wanneer ik een therapie af kan ronden en zie dat kinderen terug vrolijker en gelukkiger door het leven gaan.”

Het is fijn als er soms iemand meekijkt

“Het gebeurt niet vaak dat ik iemand doorstuur naar een psychiater. Maar als dat gebeurt, is het vooral voor ondersteuning met medicatie in combinatie met gesprekken. Het is dan fijn dat er nog iemand meekijkt, soms gaat dat samen met de gesprekken die ik met de cliënt heb. Ik mag namelijk geen diagnose stellen, een psychiater wel. Die mag ook medicatie voorschrijven.”

Je moet je beroep wel eens los kunnen laten

“Als ik met iemand een praatje maak, in een winkel ofzo, die zijn of haar hele hart uitstort, dan bekijk ik dat niet vanuit psychologisch standpunt. Dat houd ik absoluut gescheiden. Maar kijk ik bijvoorbeeld een film, dan zit ik wel de personages uit te pluizen, wat hun gedrag veroorzaakt en wat ze daaraan zullen gaan doen. Soms werd ik op feestjes voorafgaand aan de coronapandemie, wel eens aangesproken door mensen die advies willen. Dan vraag ik om op een later tijdstip contact met me op te nemen, want je moet je beroep ook wel eens los kunnen laten. Ondanks dat het in mijn praktijk vaak over moeilijke dingen gaat, wordt hier best veel gelachen. En dat lachen haalt de druk van de ketel.”

Creatieve vrijheid

“Ik lees graag en zoek graag verhalen op in de literatuur, die mijn manier van werken kunnen verrijken. Ook ben ik graag creatief bezig. Wanneer ik met kinderen werk, kan ik me volledig met hen uitleven. Kinderen praten veel gemakkelijker door iets uit te drukken via spel of in beelden. Hier is een bepaalde creatieve vrijheid voor nodig. Ik doe dit heel graag en geniet ervan om mijn praktijkruimte aan te vullen met knutsel- en beeldend materiaal. Niet dat ik er zelf zo handig in ben, maar het creatieve aanwakkeren in kinderen vind ik een hele uitdaging. Ze kunnen hun verhaal dan beter vertellen en samen mogen we zoeken naar nieuw perspectieven.”

Trots op mijn beroep

“Ik ben trots op mijn beroep, omdat dit een belangrijke maatschappelijke bijdrage levert. Trots wanneer kinderen, jongeren en volwassenen beter functioneren en beter met hun zorgen, verdriet, verlies, burn-out en traumatische ervaringen om kunnen gaan. Dat wil zeggen dat ze gelukkiger zijn en sterker in het leven staan. Door minder ruis in hun hoofd te hebben, kunnen mensen betere keuzes maken. Hierdoor zullen ze zich gelukkiger voelen.
Mijn motivatie zit ook in het feit dat ik graag luister naar de verhalen van mensen, want ik ben geïnteresseerd in elke menselijke diversiteit. Ik ben mijn beroep nog lang niet beu, omdat je eindeloos kunt blijven bijleren. Dat tevens een bredere maatschappelijke interesse onontbeerlijk is. Samen met mensen zoeken naar nieuwe perspectieven, dat vind ik alleen maar fijn!”

NN

Facebook74
Twitter
Follow Me
Tweet