Alfons van Turnhout (97) is geboren en getogen in Essen. Hij had een broer en een zus en zijn vader was stucadoor. Het gezin woonde in de Nolsebaan op nummer 14 en eigenlijk heeft Alfons een groot deel van zijn leven, wel op verschillende adressen, in de Nolsebaan gewoond.
Van suikerbewerker naar lasser
“Ik ben thuis geboren”, vertelt Alfons. “Zoals toen vaker gebeurde hielpen een vroedvrouw en de buren bij de bevalling. En na de bevalling hielpen die met de baby en in het huishouden. Ik ging naar de Sint-Jozefschool in de Stationsstraat en op mijn veertiende ben ik begonnen bij caramelfabriek Lonka, als suikerbewerker en ik heb er zes jaar gewerkt. Na drie jaar begon de oorlog en kwam er weinig suiker binnen. Na de Lonka ben ik begonnen als lasser bij de spoorwegen, dat was een betere baan en ik heb dat 39 jaar gedaan.”
Eten tijdens de oorlog
“In de oorlog was er weinig geld en bijna geen eten. We kregen bonnetjes, bijvoorbeeld voor de bakker, voor een bon kreeg je dan 200 gram brood. Halverwege de maand waren de bonnen op en moest je verder maar zien hoe je aan je eten kwam. Thuis verbouwden we zelf groenten en patatten, dus we kwamen wel toe. Toen was het allemaal bos en veld, dus was het makkelijker om aan eten te raken, nu is alles volgebouwd met huizen. Er waren dagelijks bombardementen, gelukkig niet zo dicht bij ons, meer in het centrum. Toen de Engelsen kwamen waren er ook bombardementen in het centrum en op de munitietreinen van de Duitsers.”
Mijn vrouw bij de Lonkafabriek leren kennen
“Mijn vrouw, Germain Ceunen, heb ik bij de Lonkafabriek leren kennen, ik was toen 22 en zij 23. In 1946 zijn we getrouwd. Onze dochter werd in 1948 geboren en onze zoon in 1951. Onze dochter is op haar veertiende bij Philips in Roosendaal gaan werken. Onze zoon leerde voor boekhouder en na zijn legerdienst is hij gaan werken bij de Kredietbank in Brussel, waar hij elke dag met de trein naar toe ging.”
Nolsebaan was een zandweg
“vroeger liep je met een kruiwagen, nu rij je met de auto.”
Verhuizing naar Sint-Michaël
“Mijn lieve vrouw is vier jaar geleden overleden, ze was toen 94 en woonde toen al dertien jaar in Sint-Michaël. Het was indertijd een heel zware stap dat ze daar naar toe moest verhuizen. Al die tijd daarna heb ik alleen gewoond en miste haar ontzettend. Zelf alles doen, maar gelukkig had ik heel veel hulp van mijn kinderen, maar die kunnen er niet alle dagen staan. Toen kwam corona en de eenzaamheid was vreselijk. Veel vrienden zijn door de jaren heen overleden en ik zag niemand meer. Dus een jaar geleden begon het idee te ontstaan om naar Sint-Michaël te verhuizen. Al jaren geleden had ik me voor een kamer opgegeven en toen het besluit was gevallen, kon ik redelijk snel terecht. Ondertussen woon ik hier drie maanden. Het is hier goed, ik heb veel aanspraak en hoef niet meer te werken. De verzorging is prima en iedereen is vriendelijk. Nee, ik heb geen moment spijt van mijn beslissing gehad.”
Essen vroeger en nu
“We waren veel vrijer, omdat we buiten woonden. Nu moet er van alles en is er minder vrijheid. Vroeger waren er veel kleine winkeltjes, nu in hoofdzaak grote ondernemingen, maar de keuze is wel veel uitgebreider. Het verkeer is veel drukker, vroeger liep je met een kruiwagen, nu rij je met de auto.”
NN