Julia Van Ginderen (87) werd aan de Steenovenstraat op Wildert geboren op nummer 6 en had twee broers. Haar vader was metser en haar moeder had een kruidenierswinkeltje aan huis.
Unic
“Mijn ouders bouwden in de Kalmthoutsesteenweg en zijn daar naar toe verhuisd, toen heb ik het winkeltje nog zes jaar gedaan. Er waren in Wildert veel kleine winkeltjes in kruidenierswaren en textiel. Maar de Unic kwam in de Stationsstraat, waar later de Blokker was, en toen zijn veel van die zaken verdwenen. Ik ben met ons winkeltje ook om die reden opgehouden en omdat de belastingen zo hoog waren, want ze maakten het de mensen erg moeilijk.”
Oorlog
“De oorlog begon toen ik vijf was. Ik herinner me dat er veel geschoten werd en dat er V1 bommen vielen en we moesten in de schuilkelder bij familie in de Sint-Jansstraat slapen. Duitsers die in groepjes zingend voorbij kwamen. We hebben gelukkig geen honger geleden, want door ons winkeltje hadden we voldoende voorraad. Ik ging ook gewoon naar school in Wildert, bij de nonnetjes Franciscanessen van Herentals. Daarna naar Mariaberg, waar ik vak- en huishoudkunde deed en vooral leerde naaien. Als we na ons trouwen ons huishouden konden doen en met naald draad overweg konden, was het goed.”
Terry Van Ginderen
“Ik vond het wel leuk om samen met al die meisjes naar school te gaan. We gingen met de trein van Wildert naar Essen en dan te voet naar Mariaberg. Er waren er wel die in de zomer met de fiets gingen, maar ik ging altijd met de trein. We speelden op straat, want er waren geen auto’s, maar dat begon wel al te komen. Mijn nonkel Jos Van Ginderen voetbalde in Antwerpen en leerde Esther Verbeek kennen, waar hij mee trouwde. Zij was omroepster bij BRT en deed mee in het programma ‘Kinderuurtje’ bij Bols David, onder de naam Terry Van Ginderen.”
Leo Baetens
“Mijn man, Leo Baetens, heb ik op tweede Paasdag bij de jaarmarkt in Essen leren kennen, dat was bij De Linden. Het was liefde op het eerste gezicht en in 1957 zijn we getrouwd. Het eerste jaar hebben we bij mijn grootmoeder gewoond, naast de winkel. Mijn man werkte bij Agfa Gevaert in Mortsel. We hebben in de Kalmthoutsesteenweg gebouwd en zijn na dat eerste huwelijksjaar daar naar toe verhuisd, naar nummer 95. We mochten 2 kinderen krijgen, een jongen en een meisje.”
Rijlessen in Horendonkse bossen
“Onze kinderen gingen naar de lagere school in Wildert, onze dochter daarna naar Mariaberg en onze zoon naar Sint-Jozef. Mijn man werkte in ploegendienst en ging met de trein naar het werk, net als veel van zijn collega’s, die ook uit Essen kwamen. In 1969, toen we twaalf jaar getrouwd waren, kochten we onze eerste auto. Mijn man heeft me leren rijden in de bossen van Horendonk. Je hoefde geen examen te doen en voor Bfr 50,- kon ik mijn rijbewijs op het gemeentehuis halen. Ik wilde ook echt autorijden, dat gaf me zelfstandigheid.”
Verlof
“Toen mijn man nog werkte reisden we niet, als hij verlof had schilderde hij het huis of werkte in de hof. We waren geen echte reizigers, dat trok ons niet. Mijn man ging op zijn 58ste met pensioen. We gingen toen veel fietsen, vooral in Nederland in Achtmaal, Zundert, Schijf, … en maakten busreizen voor gepensioneerden met de KWB naar Oostenrijk, Frankrijk, Duitsland, … Maar nooit verre reizen. Het was best wel leuk, ook omdat we reisden met mensen die we kenden van Wildert. Alles werd geregeld, je hoefde niets te doen, alleen genieten.”
Mijn man werd 75 jaar
“We hadden een stukje grond in de Elf Novemberstraat wat bestemd was voor onze kinderen, maar die gingen ergens anders in Essen wonen. Nadat mijn man met pensioen was gegaan, hebben wij daar zelf gebouwd. Voordat bij Agfa Gevaert werkte, had hij voor meubelmaker geleerd, dus hij kon heel veel zelf om en aan het huis doen en begin ’90 zijn we daar gaan wonen. Tot mijn grote verdriet overleed hij in 2009 op 75-jarige leeftijd aan longvlieskanker. Daarvoor was hij nooit ziek, maar nu was hij in elf maanden weg.”
Autootje gekocht
“Onze dochter woonde aan de overkant, dat was fijn en een grote troost. Ik vond het heel erg dat ik alleen was, maar vond ook dat ik sterk moest zijn en leefde voor mijn kinderen. Dat ging goed en ik zat niet bij de pakken neer. Ik was 73 toen hij overleed en ben daarna altijd alleen gebleven. Ik heb wel de keuze gehad, maar heb nooit meer een andere man gewild. Ik heb zelfs een autootje gekocht, een Citroën met automaat en sprak elke week met vriendinnen af. We gingen naar de markt in Kalmthout, Sint-Lenaarts en Kapellen of boodschappen doen in Essen of Kalmthout. Dat was altijd plezant. Tot mijn 85ste heb ik autogereden, maar alleen in Essen om boodschappen te doen.”
Gezondheid
“Op mijn 70ste kreeg ik diabetes type 2, ouderdomsdiabetes, en op mijn 78ste werd een nieuwe hartklep aangebracht, dat was toen nog met een openhartoperatie. Mijn gezondheid ging toch wel achteruit, zodanig dat ik beter niet meer alleen bleef wonen. Mijn kinderen hebben een druk leven en ik wilde niet aldoor op ze steunen, hoewel ze hielpen waar ze konden en altijd voor me klaarstonden. Ook nu komen ze alle dagen, ik ben heel erg trots op ze!”
Verhuizing naar Sint-Michaël
“Ik besloot om naar Sint-Michaël te verhuizen, maar daar was geen plaats dus ben ik eerst naar het kortverblijf in Amadina, Gooreind, gegaan. Na een paar weken kon ik naar Sint-Michaël verhuizen. Het was wel een overgang, want ik ben altijd een huismus geweest. Maar het wende en dat moest ook. Het gaat hier erg gemoedelijk aan toe en ik kende veel mensen, plus dat het makkelijker is voor mijn kinderen. Er gaat niets boven thuis, maar als het dan moet, zit ik hier goed!”
Essen vroeger en nu
“De vriendschappen onder elkaar zijn minder geworden. Een praatje in de winkels zit er niet meer bij en boodschappen doen is ook anders. In het verkeer werd het steeds drukker, maar dat maakte me niet angstig. Er zijn ook steeds minder kleine winkels, alleen grote. Wat ik ondervonden heb, is dat alles achteruit is gegaan. Het is niet meer het Essen van vroeger, de gezelligheid is weg.”
NN