Dat mensen meerdere hobby’s hebben, is natuurlijk niet zo raar. Apart is het wel als je twee hobby’s hebt, die haaks op elkaar staan. Swa Hoppenbrouwers (70) heeft altijd twee grote hobby’s gehad, die weinig met elkaar te maken hadden: voetbal en vissen. Voor de ene moet je je heel rustig houden, bij de andere juist niet.
Excelsior Essen
Vanaf zijn tiende jaar voetbalde Swa bij Excelsior Essen. “Ik mocht op mijn 16de in de 1ste ploeg staan”, vertelt Swa, “daar bleef ik tot mijn 23ste. Toen ben ik een stapje hogerop gegaan naar Wildert en speelde daar vier seizoenen. Ik heb ook een jaar voor Putte-Kapellen gespeeld, waar ik aan was uitgeleend. Bij Wildert heb ik daarna nog zeven jaar in de eerste ploeg gestaan en ben daarmee in 1983-1984 nog kampioen mee geweest van de Provincie Antwerpen.”
Later speelde Swa nog terug bij Excelsior met zijn zonen, toen die begonnen met voetballen en tot een paar jaar geleden speelde hij daar nog bij de veteranen.
Zoutwatervissen
De zo mogelijk nog grotere passie van Swa is vissen. “Op mijn zevende ging ik met mijn vader mee, dat was een hevige visser”, herinnert Swa zich, “De vismicrobe heb ik toen overgepakt en die is nooit meer weggegaan.”
Omdat ze geen auto hadden, visten ze altijd op zoetwatervis. “Later konden we meerijden met de familie Broos, die deden aan zoutwatervissen en dat is heel anders. Zoutwater deed ik liever, omdat je nooit weet wat je gaat vangen. De variëteit in zee is veel groter.” Maar niet alleen de variëteit is groter, ook de manier van vissen. “Bij zoetwatervissen gebruik je een vaste hengel en dobber. Bij zoutwatervissen moet je ver inwerpen en vis je op diepere plekken. Ook het aas dat je gebruikt is anders, zoals zagers en zeepieren. Bij zoetwater zijn dat mades en wormpjes.”
Tijdentabel
“Ik geniet altijd van de natuur bij het vissen, of dat nu ’s morgens heel vroeg is of juist ’s avonds laat. In de zomer ga ik vaak alleen. Als ik dan zie wat voor weer het de volgende dag wordt en hoe laat het tij is, besluit ik te gaan. Dan is het vaak te laat om iemand te pakken te krijgen die om vier uur de volgende ochtend mee wil gaan. Dat is wel jammer, want ik ga liever met iemand samen.”
Om de tijden van het tij te zien heb je een tijdentabel, waar alle tijden in staan, die zijn al een jaar van tevoren bekend.
De meeste vissen die Swa aan de haak slaat zijn schar, bot en pladijs. Het minst: haaitjes en kabeljauw. “Het liefst vis ik op zeebaars. Dat is seizoensgebonden: van mei tot oktober. Dat is echt een sportvis, een sterke vis die je moeilijk binnenhaalt. Je kunt ze vangen met natuurlijk aas, maar ook met kunstaas. Soms vis je met een geel nepvisje en lukt het niet. Neem je dan een andere kleur, heb je ineens wel beet.”
Zeebaars vangen hangt ook van de plek en het tij af: bij hoog water vang je op de ene plek goed en bij laag water juist weer ergens anders. “Dat doe ik dan in de late of juist vroege uurtjes. Soms neem ik er wel eens eentje mee naar huis, maar eigenlijk zet ik ze altijd weer terug. Het is een geweldige bezigheid, ik kom dan helemaal tot rust!”
Kabeljauw van 12,8 kilo
Swa haalde in 1969 ook de krant met zijn vangst: een kabeljauw van 12,8 kilo en 1.02m lang. “Dit was toen de derde grootste ooit die in Nederland met de hengel gevangen was.” De foto van Swa met dit enorme exemplaar stond toen in het Brabants Nieuwsblad.
Sportvisvereniging Noordzeeclub
Sinds 1989 is Swa lid van Sportvisvereniging Noordzeeclub, een club met 27 leden waar Swa al 30 jaar secretaris is. Door de jaren heen is hij al zo’n twaalf keer kampioen geweest. “Ik doe niet altijd mee met kampioenvissen. Ik vis voor mijn plezier en niet voor de prijzen. We hebben ook een vrouw bij de club die al diverse malen kampioen is geweest.”
Aalscholver
Swa vangt ook wel eens iets wat niet de bedoeling is. “Een keer dacht ik dat ik een grote vis had en met moeite haalde ik de vangst binnen. Dat bleek geen vis te zijn, maar een aalscholver die waarschijnlijk het water in was gedoken om het nepvisje te pakken dat ik aan de haak had. Precies op het moment dat ik de lijn binnenhaalde om opnieuw uit te gooien zo’n zestig meter uit de kant. Hij stribbelde natuurlijk erg tegen en bleek de haak in zijn poot te hebben. Iemand die erbij was heeft toen een doek over de vogel gegooid en ik kon de haak er zonder moeite uithalen. Die zat niet diep, hij was ook niet gekwetst en vloog meteen verder toen we hem lieten gaan.”
NN
Hebt u ook zo’n bijzondere hobby waar u graag eens over wilt vertellen? Neem dan contact met ons op via de contactpagina en we nemen u graag een interview af. Het is niet noodzakelijk dat u in Essen of omgeving woont.
Laureen,
Proficiat, prachtig gedaan. Heb al veel positieve reacties ontvangen.
Groetjes Swa